De economische crisis heeft gevolgen voor de ontwikkeling van het HR-beleid van bedrijven. Bijna zes op de tien ondernemingen zeggen dat de recessie van invloed is op hun HR-transformatie. Van die groep zegt 38% veranderingen versneld door te voeren, terwijl 20% de inspanningen juist heeft verminderd. Dat blijkt uit de Global HR Transformation Report, een jaarlijks onderzoek van ADP en de Human Resources Outsourcing Association (HROA®) onder 188 directeuren en (HR-)managers van multinationals.
Hoewel HR-transformatie de afgelopen jaren steeds vaker onderdeel is geworden van de HR-strategie, is het percentage ondernemingen dat hieraan werkt voor het eerst in vier jaar gedaald, van 90% in 2008 tot 81% vorig jaar. Vooral bij organisaties met een omzet lager dan 1 miljard dollar krijgen veranderingen op HR-gebied minder prioriteit. Bedrijven met een omzet tussen 1 miljard en 10 miljard dollar hebben het onderwerp juist hoger op de agenda gezet. Daar houdt 95% zich bezig met HR-transformatie.
HR-transformatie omvat alle inspanningen om de uitvoering van HR (Human Resources) te veranderen en te verbeteren, met name door middel van outsourcing.
Kostenbesparingen
Transformatie-inspanningen leveren organisaties wel veel voordelen op, zo blijkt uit het onderzoek. Organisatorische managementvraagstukken kunnen op deze manier beter worden opgelost. Tevens geeft zo’n 25% aan op kosten te hebben bespaard sinds de implementatie van een nieuw HR-beleid. Deze kostenreductie is in 2009 de voornaamste reden voor organisaties geweest om HR te transformeren. Andere veelgenoemde voordelen zijn het creëren van ruimte om meer aandacht te geven aan strategische issues, verbetering van de service naar het lijnmanagement en de medewerkers, beter reageren op veranderingen in de organisatie en deze reacties beter te stroomlijnen.
Bedrijven die niets willen veranderen aan hun HR-beleid, zijn vooral tevreden over de huidige aanpak. Opvallend genoeg noemt 40% nu ook de kosten als argument om niet tot HR-transformatie over te gaan, tegen geen enkele respondent in 2008.
“Een gemis,” aldus Hein Brockhoff, algemeen directeur van ADP Nederland. “Juist nu het economisch wat minder gaat en de arbeidsmarkt rustiger is geworden, is het zaak om de HR-afdeling klaar te maken voor de toekomst. HR-transformatie is niet meer voorbehouden aan multinationals. Er valt juist veel te leren van de bedrijven die zich de afgelopen jaren met HR-transformatie hebben beziggehouden.”
Invulling van HR-transformatie
Voor het eerst lijken interne obstakels binnen organisaties tegen HR-transformatie af te nemen. Het kennisniveau van de HR-medewerkers, interne bureaucratie, gebrek aan geschikte technologie en het miskennen van benodigde hulpbronnen blijven belangrijke hindernissen.
De meest toegepaste strategie voor HR-transformatie is net zoals in voorgaande jaren een combinatie van het veranderen van interne processen, het delen van diensten en outsourcing. Outsourcing als op zichzelf staande strategie wordt het minst vaak toegepast. Wel geven in vergelijking tot 2008 bijna twee keer zoveel respondenten aan dat zij hun HR-werkzaamheden inmiddels uitbesteden (van 7% naar 12%). Typisch transactiegeoriënteerde processen, zoals salarisverwerking, administratie van de secundaire arbeidsvoorwaarden en personeelsinformatiesystemen (HRIS), blijven, net als in voorgaande jaren, de processen die het meest worden uitbesteed.
“Organisaties lijken te beseffen dat de voordelen van HR-transformatie veel verder gaan dan kosten besparen alleen,” aldus Brockhoff. “Het vergroot de mogelijkheden om in te spelen op de veranderende marktomstandigheden. Ook valt op dat bedrijven die zich de afgelopen jaren met HR-transformatie hebben beziggehouden, hindernissen beter weten in te schatten en zo innovatieve manieren vinden om successen te behalen.”
Over het onderzoek
Het HR Transformation Rapport behandelt de belangrijkste aspecten die te maken hebben met het HR-transformatieproces. Wereldwijd deden 188 respondenten mee. Driekwart (75%) hiervan bekleden HR-functies, 13% is werkzaam op het gebied van strategische planning. De respondenten werken bij multinationals die opereren in tien of meer landen. De meesten (55%) zijn vicepresident, directeur of manager (40%). Iets meer dan de helft van de onderzochte organisaties (56%) heeft een omzet van meer dan 1 miljard USD; 19% heeft een omzet van meer dan 10 miljard USD. Zo’n 40% heeft wereldwijd meer dan 10.000 werknemers in dienst. De respondenten vertegenwoordigen een breed palet van sectoren, waaronder productie, logistiek, communicatie, financiële markten, verzekeringen en onroerend goed.